In het jeneverbesstruweel Hunze ziet de jeneverbesbrigade Buinen vrijwel ieder jaar begin april vreemde oranje puntjes op sommige jeneverbesstruiken. Dat is de Meidoorn-jeneverbesroest, een parasitaire schimmel.
De aantasting komt vooral voor op de zuilvormige struiken. De aangedane takken zwellen op en er ontstaan verdikte knobbels van 5 à 10 cm lang. Hierop verschijnen oranjebruine puntjes van ca. 5 mm lang. Bij vochtig weer zwellen deze op tot 10 à 15 mm lange, fel oranje zwammetjes. Rond 10 april zijn ze op hun mooist. Daarna worden ze bruin en verschrompelen.
De aandoening is meestal niet fataal, maar aangetaste takken kunnen in de loop van de tijd verwelken. Zaag je zo’n tak met knobbel door, dan is er met het blote oog geen aantasting in het hout te zien.
Fotogalerij ontwikkeling Meidoorn-jeneverbesroest
De sporen die in de oranje vruchtlichamen op jeneverbes worden gevormd kunnen alleen meidoorn, krentenboompje, appelbes, cotoneaster, kweepeer, peer en lijsterbes infecteren.
De meeste aantastingen op peer zijn echter van een andere soort, de Peer-jeneverbesroest (Gymnosporangium sabinae). Deze soort is de meest algemene jeneverbesroest, maar komt alleen op gekweekte, niet-stekende jeneverbessen voor (Juniperus sabinae), terwijl de Meidoorn-jeneverbesroest (G. clavariiforme) op onze wilde jeneverbes (J. communis) zit.